Koptekst

Bladnummer eerste pagina

Het paginanummer van de eerste af te drukken pagina.

Nummering

In de afdruk kan het paginanummer op twee manieren worden weergegeven: ’Bladnr. 1’ of ’Bladnr. 1 van ?’ (? = aantal pagina’s). Deze keuze kan worden gemaakt met de knop .

De eerste keuze is de normale nummering zonder het totaal aantal pagina’s. De tweede keuze geeft ook het aantal pagina’s aan. Bij deze keuze moet ook aangegeven worden of het aantal pagina’s door het programma moet worden uitgerekend, of dat het aantal pagina’s wordt ingevoerd. Deze laatste mogelijkheid moet worden gebruikt, als slechts enkele pagina's opnieuw wordt geprint zonder dat het hele bestek hoeft te worden afgedrukt.

Bladnummering door laten lopen

Wanneer meerdere rapporten zijn geselecteerd om af te drukken, kan hier worden aangegeven dat de bladnummering na het eerste rapport door moet lopen bij de volgende rapporten.

Afdrukdatum in kop

Het is mogelijk om de afdrukdatum en -tijd op elke pagina af te drukken.

Logo afdrukken in de kop

Hier kan worden ingesteld of een logo in de kopregels op iedere pagina wordt afgedrukt. Het pad naar, alsmede de afmetingen en de positie van de afbeelding moeten worden aangegeven.

Opmaak

Opmaak voor dubbelzijdig afdrukken

De afdruk van de begroting kan geschikt worden gemaakt om de begroting dubbelzijdig te kunnen kopiëren, waardoor het papiergebruik wordt verminderd. De kopteksten worden op oneven pagina’s links en op even pagina's rechts afgedrukt.  verschillen, omdat het paginanummer op even pagina’s links wordt afgedrukt en op oneven pagina’s rechts. Ook verschillen de marges op even- en oneven pagina’s zodanig dat de ruimte om te kunnen inbinden op zowel even als oneven pagina’s gelijk is.

Kleuren gebruiken

Hier kan worden aangegeven dat de kleuren die op het beeldscherm worden gebruikt voor bijvoorbeeld indexregels, deelposten, volgposten, definitieve posten etc. ook bij het afdrukken worden toegepast.